Matteüs 28: 16-20
De leerlingen zien Jezus in Galilea
16De elf leerlingen gingen naar Galilea. Ze gingen naar de berg die Jezus genoemd had. 17Toen ze Jezus zagen, knielden ze voor hem. Maar sommige leerlingen twijfelden.
18Jezus kwam dichterbij en zei tegen de leerlingen: ‘God heeft mij alle macht gegeven, in de hemel en op de aarde. 19Jullie moeten naar alle volken gaan, zodat iedereen mijn leerling kan worden. Jullie moeten de mensen dopen in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige Geest.
20Leer de mensen om zich te houden aan alles wat ik jullie verteld heb. En vergeet nooit: ik ben altijd bij jullie, totdat de nieuwe wereld komt.’
Uit: De Bijbel in Gewone Taal
© 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap