Exodus 14: 9-14
(Als PDF)
9 De farao achtervolgde de Israëlieten met al zijn paarden, wagens en soldaten. Bij de stad Pi-Hachirot haalde hij ze in. Daar hadden ze hun tenten neergezet, tegenover de stad Baäl-Sefon, vlak bij de Rietzee.
De Israëlieten worden bang
10 De Israëlieten zagen de farao aankomen, met zijn hele leger. Ze werden doodsbang en smeekten de Heer om hulp. 11 En tegen Mozes zeiden ze: ‘Waarom hebt u ons meegenomen uit Egypte? Om hier in de woestijn te sterven? Omdat er in Egypte geen plaats was om ons te begraven? 12 In Egypte zeiden we al dat u ons met rust moest laten. We zijn nog liever slaaf in Egypte, dan dat we sterven in de woestijn!’
13 Maar Mozes zei tegen het volk: ‘Wees niet bang! Wacht maar rustig af. Vandaag zullen jullie merken hoe de Heer jullie redt. Jullie zullen die Egyptenaren nooit meer zien. 14 En jullie hoeven zelf niets te doen, want de Heer zal voor jullie vechten.’
Uit: De Bijbel in Gewone Taal
© 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap